• Home
  • Nieuws
  • Achtergrond
  • De opkomende duurzame term ‘regeneratief’ ontrafeld

De opkomende duurzame term ‘regeneratief’ ontrafeld

Door Esmee Blaazer

bezig met laden...

Scroll down to read more

Achtergrond

Raddis Cotton mede-oprichter Sanne van den Dungen staat links op de foto. Credits: Beeld: Raddis Cotton

De term ‘regeneratief’ duikt steeds vaker op. Maar wat betekent het nu eigenlijk? Wat wordt verstaan onder regeneratieve landbouwpraktijken en bestaat er zoiets als regeneratieve mode?

Veel verschillende aanvliegroutes

“Regeneratief’ is geen afgekaderd begrip,” steekt Sanne van den Dungen van wal. Ze is mede-oprichter van Raddis Cotton, een organisatie die kleinere Indiase boeren helpt met het telen van regeneratief katoen, dat wordt afgenomen door aangesloten merken zoals Hugo Boss, Lässig en Papillon Blue.

Sanne van den Dungen heeft een achtergrond in biologische landbouw en circulaire economie, met een focus op textiel.

Van den Dungen heeft Biologische Productie gestudeerd aan de Universiteit van Wageningen en in het verleden werkte ze jarenlang voor Michael Braungart, een van de oprichters en bedenkers van het cradle-to-cradle-gedachtegoed. Haar opleiding en werkervaring noemt ze ‘een combinatie die zowel inzicht in de landbouwkant als ook in circulair ontwerp en circulair produceren met zich meebrengt’.

Van den Dungen is samen met Aneel Kumar Ambavaram mede-oprichter van Raddis Cotton, een bedrijf dat Indiase boeren ondersteunt in het overstappen naar regeneratieve katoenteelt. Bij Raddis is een directe verbinding tussen boeren en eindgebruikers: dat zijn aangesloten bedrijven waaronder Hugo Boss, Lässig en Papillon Bleu aan wie Raddis vezel, garen, doek en eindproduct levert. Het bedrijf streeft naar het opzetten van een volledig food & fiber waardeketen, waar katoen een onderdeel van is.

Sinds een aantal jaar verblijft Van den Dungen het merendeel van het jaar in India. “Ik wilde daar zijn, waar ik de echte impact kon maken.”

“Waar biologisch bijvoorbeeld een beschermde term is, is regeneratief dat niet,” vertelt Van den Dungen. “Dat betekent dat iedereen er een andere invulling aan geeft (net zoals het containerbegrip duurzaamheid bijvoorbeeld, red.).” Zelf ziet ze daarom graag dat het gedefinieerd wordt. “Voor de een betekent regeneratieve landbouw bijvoorbeeld zonder schadelijke chemicaliën, maar voor ons gaat het heel veel verder dan dat.”

Toch is er wel één gedachtegoed en een aantal kernprincipes, zo blijkt uit gesprekken met nog twee ingewijden: modeprofessional Stijntje Jaspers van stichting Fibershed Nederland

Stijntje Jaspers heeft ruim 25 jaar als ontwerper en trendforecaster in ‘de reguliere mode’ gewerkt, waarna ze het roer omgooide.

Samen met Martine Nieuwenhuis richtte ze Fibershed Nederland op, een affiliate van een wereldwijd Fibershed beweging dat in 2012 werd gestart door Rebecca Burgess in de VS en inmiddels 70 lokale initiatieven telt.
Fibershed streeft naar een lokaal, duurzaam modesysteem waarbij gebruik wordt gemaakt van natuurlijke, regeneratieve grondstoffen. Bij het Nederlandse netwerk zijn ‘eenpitters’ en grotere duurzame namen zoals Hullekes en The Knitwit Stable aangesloten.

Bewustwording is een van de grootste activiteiten van de stichting, vertelt Jaspers. “We delen onze visie en missie met nieuwe professionals en consumenten op beurzen en oa. door middel van lezingen en educatie (zo is er een onderwijspakket gemaakt en een boek voor jongeren uitgegeven).

en de Amerikaanse bodem-expert Dr. Adam Cobb.

Dr Adam Cobb is een Amerikaanse wetenschapper met de specialisaties bodemmicrobiologie (hij weet alles over aarde en grond, red.) en agro-ecologie (lees: duurzame landbouw).

Cobb is werkzaam als content creator en wetenschapscommunicator bij Soil Food Web School, een educatief platform en organisatie die mensen leert hoe ze de principes van bodemregeneratie kunnen toepassen om de bodembiologie te herstellen en duurzame landbouwpraktijken te bevorderen.

Editors note: Waarom moeten modeprofessionals nu eigenlijk meer weten over regeneratieve landbouw? Dat zit zo: Mode begint met grondstoffen. Van grondstoffen kan landbouw de bron zijn. Denk maar aan katoenteelt bijvoorbeeld. Daarom is het wel degelijk relevant. Liever meteen lezen wat er nu wordt bedoeld met ‘regeneratieve mode’? Ga dan direct naar paragraaf 3.

1. Wat is regeneratieve landbouw?

“Bij regeneratieve landbouw hebben boeren een heel andere relatie met het land in vergelijking met gangbare ofwel intensieve landbouw,” begint Cobb.

‘Bodem-exploitatie’ door de mens komt al duizenden jaren voor, vertelt de wetenschapper, maar het is vooral de Groene Revolutie die heeft geleid tot de intensieve landbouwpraktijken zoals we die nu kennen.

In de jaren 40 tot 60 van de vorige eeuw nam landbouwproductie (en de voedselvoorziening) wereldwijd aanzienlijk toe door de introductie van moderne technieken en nieuwe technologieën. Boeren gingen gebruik maken van onder andere kunstmest, chemische bestrijdingsmiddelen en verbeterde irrigatiemethoden. De focus kwam op efficiëntie en maximale productie te liggen. Sindsdien verbouwen boeren één of een zeer beperkt aantal gewassen op grote schaal (de vaktermen hiervoor zijn ‘monocultuur’ of ‘monocrop’).

De pesticiden- en kunstmest lobby is bovendien enorm, onderstrepen de experts. “Aanvankelijk leken het wondermiddelen," zegt Cobb. “Maar, zoals wel vaker met menselijke uitvindingen, denk bijvoorbeeld aan PFAS,” wijst Jaspers, “is er ook een keerzijde.”

Reguliere boeren zijn tegenwoordig continu iets aan het bestrijden, stellen de experts gechargeerd. De focus ligt op het voorkomen van plagen en ziektes door te sprayen en te sproeien.

“Maar daardoor gaan de holistische ecosystemen kapot," verduidelijkt Jaspers. “Het ene dat wordt aangepakt, brengt weer iets anders uit balans.”

Negatieve gevolgen van intensieve landbouw zijn inmiddels ook zichtbaar: we hebben te maken met bodemdegradatie en -uitputting, watervervuiling, biodiversiteitsverlies en klimaatverandering. Eerstgenoemde is soms zo serieus dat boeren een nieuw stuk land in gebruik nemen, omdat het oude zijn werk niet meer doet.

“Je zou kunnen zeggen dat de landbouwsector hetzelfde opereert als de farmaceutische industrie,” zegt Cobb. Daarmee bedoelt hij dat aan symptoombestrijding in plaats van preventie wordt gedaan of dat er gekeken wordt naar het aanpakken van onderliggende oorzaken.

“Een gezonde bodem is afhankelijk van gezonde micro-organismen, je kunt het vergelijken met hoe goede bacteriën in onze darmen essentieel zijn voor de gezondheid van de mens,” zo legt hij uit. In een gezonde bodem leven talloze micro-organismen; hoe meer leven er in de bodem is, hoe gezonder.

Regeneratieve landbouw draait in de basis om [het bevorderen van] een gezonde bodem en een gezond ecosysteem.

“In plaats van dat ik in mijn tuin sproei tegen bladluizen, plant ik bloemen die insecten aantrekken die bladluizen eten,” illustreert Cobb de compleet andere benadering nog eens met een huis, tuin en keuken-voorbeeld.

Of zoals Jaspers het formuleerde: “Samenwerken met de natuur in plaats van ertegen.”

Het herstellen of bevorderen van de bodemgezondheid: dit zijn belangrijke principes van regeneratieve landbouw

  • Context matters,” vat Cobb het eerste principe. Voor regeneratieve landbouwpraktijken is geen universeel formule. Boeren stemmen de praktijken af op hun specifieke situatie, het klimaat, de bodemgesteldheid, beschikbare hulpbronnen etc. Hij wijst erop dat al helemaal geen standaardrecepten van de landbouwschool worden gevolgd. Want, ‘boeren in Nederland of Duitsland is sowieso wezenlijk anders dan in Zambia of Botswana’.
  • Bij regeneratieve landbouw zijn er zo min mogelijk biologische verstoringen. Daarom wordt er niet geploegd en zijn kunstmest en insecticiden doorgaans uit den boze. Cobb: “Je wil de verstoring van de micro-organismen in de bodem tot een minimum beperken.”
  • Nog een belangrijk aspect is bodembedekking. Het land mag niet braak liggen en het is belangrijk dat er altijd levende planten/wortels in de grond staan. Bijkomend voordeel is dat het zonlicht de micro-organismen in de bovenste laag van de bodem niet kan aantasten, zoals dat bij ‘monocrops’ na het oogsten van voedsel of katoen bijvoorbeeld wel het geval is.
  • “In periodes of gebieden waar planten niet groeien, wordt de bodem bedekt met organisch materiaal zoals compost en gewasresten (bladeren, stengels, enz.),” vervolgt Cobb. Deze materialen fungeren als een beschermlaag voor de bodem wanneer er geen plantenwortels actief zijn. “Ze voorkomen uitdroging en erosie en bieden tegelijkertijd een habitat en voedsel voor micro-organismen."
  • Diversiteit vergroten is nog een belangrijk principe. Wat je ziet is dat bij regeneratieve landbouw dus vaak op één stuk land meerdere gewassen verbouwd. Hoe groter de plantendiversiteit, hoe gunstiger de omgeving voor het ecosysteem. “Hennep en vlas bijvoorbeeld, zijn heel goede wissel gewassen,” vertelt Jaspers.
  • Bij regeneratieve landbouw worden trouwens ook meestal dieren ingezet. Pluspunten zijn onder meer het grazen, natuurlijke bemesting en het ‘omploegen’ door hun hoeven. “Vee helpt de voedingsstoffen in het systeem te recyclen,” aldus Cobb.

De tekst gaat verder onder de foto

Leden van de African Cotton Foundation Innovations Club nemen deel aan een trainingsdag op een katoenveld in een landelijk gebied van Tanzania. Credits: eigendom Dr Adam Cobb

2. Nieuw is regeneratieve landbouw niet, maar er is wel toenemende aandacht voor en dit is waarom

“Regeneratieve landbouw is overigens geen nieuwe benadering, maar eigenlijk de oude manier van werken, “ merkt Van den Dungen op. “Allerlei gewassen, waaronder katoen, werden in India voor de Groene Revolutie in harmonie met de natuur verbouwd.”

Maar het klopt wel dat er steeds meer interesse is in regeneratieve praktijken.

Cobb vertelt opgewekt dat verschillende wetenschappers tot dezelfde conclusie zijn gekomen, dat regeneratieve landbouwpraktijken de richting voor de toekomst zijn.

Hoe dat komt? Onder andere door meer kennis. “Door hedendaagse technologie zoals microscopen is het letterlijk zichtbaar geworden hoe belangrijk micro-organismen in de bodem zijn voor een vruchtbaar land,” vertelt Cobb. De medische wereld kijkt nu ook heel anders, trekt hij opnieuw de parallel. “Vroeger kreeg je antibiotica voor een infectie. Tegenwoordig kiezen we voor een neutrale of zelfs positieve aanpak waarbij wordt gekeken naar je levensstijl, je dieet etc. zodat een gezond microbioom (in de darmen, red.) niet wordt verstoord of aangetast door de kuur.”

Boeren zelf willen overigens ook steeds vaker op een andere manier te werk gaan. Ze zien de impact van intensieve landbouwpraktijken op het milieu en soms ook letterlijk op hun eigen gezondheid.

“Hier, aan de andere kant van de wereld, mogen heel schadelijke pesticiden nog worden gebruikt,” vertelt Van den Dungen. “Vaak worden die door de boeren zonder bescherming, met de hand gemengd. Wat je ziet is dat er daardoor ernstige gezondheidsklachten kunnen optreden.”

Sommige boeren hebben te maken met economische uitdagingen, zoals stijgende kosten en fluctuerende opbrengsten.

Cobb geeft aan dat zijn vrienden, katoenboeren in Oklahoma (VS), te maken hebben gehad met een enorme stijging van de kosten voor meststoffen, namelijk 600 procent, als gevolg van de oorlog tussen Rusland en Oekraïne. “Allesbehalve duurzaam of houdbaar.”

Van den Dungen vertelt dat de opbrengsten van regulier katoen wisselend zijn en voegt toe dat het hele systeem van conventionele katoenteelt in India gebrekkig is. “Boeren moeten hun zaden en andere inputs zoals kunstmest en pesticiden kopen van tussenpersonen, vaak op krediet met hoge rente. Deze tussenpersonen zijn ook diegenen die de katoenoogst kopen. Als die prijs dus tegenvalt, blijven veel boeren met openstaande leningen zitten.”

Raddis Cotton begon met 42 boeren en is in de afgelopen jaren uitgebreid naar meer dan 11.000 boeren met ruim 6.000 hectare grond. “De meeste boeren die zich aansluiten, stappen over van conventionele katoenteelt naar biologische regeneratieve praktijken,” vertelt Van den Dungen.

Voor velen is het een proces van ‘unlearn en relearn’, stelt ze. Raddis geeft de boeren trainingen over het maken van natuurlijke bestrijdingsmiddelen en meststoffen bijvoorbeeld. Ook begeleidt het bedrijf de boeren dagelijks. Essentieel voor de continuïteit, aldus Van den Dungen.

"Door het combineren van niet-genetisch gemanipuleerde katoenzaden met andere gewassen (‘intercropping’ of ‘mixed cropping’ in jargon) werken we naar een holistisch systeem toe,” licht Van den Dungen toe. Zo wordt de biodiversiteit voor katoenplanten verbeterd en de kans op plagen en ziekten verminderd. “Bovendien voorziet het de boeren van voedsel voor het gezin en het maakt hen minder kwetsbaar door niet uitsluitend van katoenteelt afhankelijk te zijn.”

Voor de katoen is trouwens al een koper nog voordat de zaden de grond in gaan. “Merken zijn direct vanaf het begin betrokken,” zegt Van den Dungen.

Ook is er de belofte van een betere prijs. “Boeren krijgen een premie bovenop de marktprijs,” aldus de Raddis mede-oprichter. Ze verdienen dus meer dan met gewone katoenteelt.

Ondanks deze positieve prikkels is de overgang voor veel boeren spannend, legt Van Dungen uit wegens de compleet andere aanpak en bovenal omdat het doorgaans ‘om hun hele hebben en houwen' gaat.

“In het meest positieve scenario zal er een grote shift komen als het gaat om landbouwpraktijken,” denkt Cobb. “Als situaties te slecht worden, komen mensen in actie,” vervolgt de zelfbenoemd ‘bodem-nerd’. "Kijk maar eens hoe de mentaliteit rondom voedsel de afgelopen vijftien jaar is veranderd."

De tekst gaat verder onder de foto’s

Credits: Raddis Cotton
Babykleding Lässig van regeneratieve geteelde katoen. Credits: Raddis Cotton

3. Dan nu: bestaat er eigenlijk al regeneratieve kleding?

Wat je onder regeneratieve mode zou kunnen verstaan? Hier komt ie:

“Regeneratieve mode is kleding gemaakt van regeneratieve grondstoffen,” zo vertellen Jaspers en Van den Dungen.

Met een regeneratieve grondstof zou vervolgens een circulair ontwerp moeten worden gemaakt. “Zo zal je als ontwerper in de designfase goed nadenken over hoe je grondstoffen gebruikt, met welke andere materialen je ze mengt (idealiter met geen enkele, omdat het recycling bemoeilijkt) en hoe je het kledingstuk bewerkt,” licht Van den Dungen toe.

Het idee is dat regeneratief textiel uiteindelijk weer ‘terug de grond in kan'.

“Maar eerst gaan we de kleding natuurlijk nog heel lang dragen, dan upcyclen, dan nog een keer repareren en misschien nog een aantal maal recyclen,” onderstreept Jaspers. Pas als de vezel zo kort is ‘dat er niets meer mee gedaan kan worden’, kan het teruggebracht worden in de biosfeer.

Dit zou kunnen met niet-chemisch katoen van Raddis, want het is ‘een nature afbreekbare grondstof’, wijst Van den Dungen.

“Of denk aan de wol van The Knitwit Stable,” meldt Jaspers. “Zij gebruiken wol van hun eigen schapen die op natuurlijke wijze worden gehouden zonder chemische toestanden. Zolang de wol ongeverfd blijft of wordt geverfd met natuurlijke materialen zoals Roua Atelier en Zeefier doen, zijn de producten in principe regeneratief en kan een materiaal ten slotte de composthoop op. Terug in de aarde draagt het bij aan de koolstof en levert het voedingsstoffen voor microben, wat de bodemkwaliteit verbetert en bijdraagt aan de groei van planten.”

“Bij andere regeneratieve materialen zou je kunnen denken aan linnen van The Linen Project wat geweven is door Enschede Textielstad en waar dan een trouwpak van gemaakt wordt door het maatkledingbedrijf New Tailor of een jasje door modeontwerper Joline Jolink,” denkt Jaspers hardop verder. “Ook hier mogen de producten geen kunstmatige elementen zoals coatings bevatten en is het belangrijk dat de garens van een natuurlijk materiaal zijn (niet van polyester, dat breekt niet af) en er bijvoorbeeld biologisch afbreekbare knopen op zitten.”

“Zo ontstaat er een gesloten kringloop,” onderstreept Van den Dungen. Bij een closed-loop systeem worden materialen opnieuw de productiecyclus ingevoerd. Dat betekent dat er geen afval of vervuiling ontstaat. Dit systeem staat lijnrecht tegenover de lineaire economie en is dus echt duurzaam.

De tekst gaat verder onder het beeld

Hier zie je de gesloten kringloop in beeld Credits: De Grond-tot-Garderobe cirkel van Fibershed, eigendom stichting Fibershed Nederland

In de praktijk zie je regeneratieve mode overigens nog bijna niet. Maar, zoals Jaspers aangeeft, begint verandering net zoals trends met voorlopers. "Er zijn kleine ondernemers en pioniers die heel erg geloven in een lokaal, duurzaam systeem en met regeneratieve praktijken bezig zijn,” besluit Jaspers. "Wat mij hoopvol stemt, is dat we door samen te werken tot een duurzame toekomst kunnen komen."

Vezelpresentatie Fibershed Nederland op de het materialen event Material District 2023 Credits: stichting Fibershed Nederland

IN HET KORT (en tot slot):

Regeneratieve landbouw richt zich op het herstellen en bevorderen van de bodemgezondheid. “Mijn uitleg van de kernprincipes zou de lezer het gevoel kunnen hebben gegeven dat ‘regeneratieve landbouw’ erg complex is, en dat is het ook, maar tegelijkertijd is het ook redelijk makkelijk te begrijpen,” benadrukt Dr Cobb. Het gaat om het creëren van omstandigheden waarin een diverse biologische gemeenschap - bestaande uit planten, bacteriën, schimmels, regenwormen etc - in de bodem floreert. “Chemische landbouwpraktijken hebben de neiging om de hoeveelheid organische stof in de bodem na verloop van tijd te verminderen, maar regeneratieve systemen bouwen deze op en behouden ze; met meer organische stof worden de bodem en het land gezonder en veerkrachtiger."

“Maar ‘regeneratief’ gaat ook over het ondersteunen van gemeenschappen,” benadrukt Sanne Van den Dungen van Raddis Cotton. Regeneratief draait om positieve ecologische en sociale impact maken. “Verbetering bewerkstelligen of ‘meer goed doen’,” aldus Van den Dungen.

Het woord regeneratie bevat het woord generatie, wat het belang van duurzaamheid en nalatenschap benadrukt, geeft Stijntje Jaspers ten slotte nog mee. “Regeneratie houdt in dat systemen zo worden ingericht dat toekomstige generaties ervan profiteren (in plaats van dat zij de negatieve gevolgen ervaren van de uitputting en vervuiling van de aarde).”

Martine Nieuwhuis (links) en Stijntje Jaspers (rechts) van stichting Fibershed Nederland Credits: Fibershed Nederland
Dr Adam Cobb met zijn hond Riley wandelend in de bossen van Oregon, VS. Credits: Eigendom Dr Adam Cobb

Bronnen:
- Interview Stijntje Jaspers, mede-oprichter en bestuurder van Stichting Fibershed Nederland, op 27 mei 2024.
- Interview wetenschapper en bodem-expert Dr Adam Cobb op 30 mei 2024.
- Interview Sanne van den Dungen, mede-oprichter van Raddis Cotton op 3 juni 2024.
- Het boek ‘Goede gespreksstof, van grond tot garderobe’ van Stijntje Jaspers, Fibershed Nederland, 1e druk oktober 2023
- Noble Research Institute article ‘The Fundamental Principles of Regenerative Agriculture and Soil Health’ door Courntey Leeper Girgis.
- Delen van deze artikeltekst zijn gegenereerd met een kunstmatige intelligentie (AI) tool en daarna geredigeerd.

Meer achtergrondartikelen:
Achtergrond
Circulariteit
closed loop
Duurzaamheid
Fashion Education
Fibershed
Innovatie
Katoen
Milieu
raddis cotton
Regeneratief
regeneratieve landbouw