• Home
  • Nieuws
  • Fashion
  • Duurzaamheid verduidelijkt: Waarom iedereen het over de circulaire economie heeft als oplossing

Duurzaamheid verduidelijkt: Waarom iedereen het over de circulaire economie heeft als oplossing

Door Guest Contributor

bezig met laden...

Scroll down to read more
Fashion
Beeld ter illustratie via Unsplash

In de voorgaande artikels binnen deze reeks, werd ingegaan op enkele van de grote milieuproblematieken binnen de mode-industrie. We hadden het over watervervuiling en -schaarste, global warming, het verlies van biodiversiteit en alle gevolgen van dien. Vandaag verschuiven we de focus van ‘problemen’ naar ‘oplossingen’ en kijken we naar de circulaire economie. Wat betekent circulariteit nu eigenlijk? En is dit nu dé grote oplossing?

Over ‘Duurzaamheid verduidelijkt’’

In deze reeks nemen we je mee in de wondere wereld van de milieuwetenschap. In elk artikel wordt een belangrijk thema gerelateerd aan ‘duurzaamheid’ toegelicht. We zoomen uit naar het grotere plaatje om daarna meer in detail te kijken hoe deze complexe begrippen gelinkt zijn aan de mode-industrie.

Deze keer hebben we het over… de circulaire economie.

Een systeem onder druk: zijn er grenzen aan de groei?

We staan er niet echt bij stil, maar we leven elke dag binnen een economisch systeem. Een systeem dat veranderde door de jaren. Ons denken en handelen, hier in geïndustrialiseerde landen, is gestoeld op een idee van ‘onbegrensde economische groei’. Sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog neemt de consumptie toe. We streven naar een jaarlijkse economische groei in de vorm van steeds meer welvaart. Maar is zo’n eeuwige groei wel realistisch?

In de natuur groeit niets eeuwig. De middelen en hulpbronnen die daarvoor nodig zijn, zijn nu eenmaal niet eindeloos. De kleinste bacteriën tot de grootste bomen hebben een bepaalde maximale grootte en bereiken op een gegeven moment een plafond in hun groei. Dat we in onze economie vaak uitgaan van oneindige groei, waarbij bedrijven en economie streven naar een voortdurende toename van winst en productiviteit, is in strijd met de beperkingen van onze planeet. We zien vandaag al heel wat gevolgen die hieraan gelinkt zijn: uitputting van hulpbronnen en schade aan het milieu.

Beeld via Vlaander Circulair: De uitputting van hulpbronnen

Van lineair naar circulair

Een duurzame economie zou dus moeten streven naar een evenwicht tussen economische groei en het behoud van de natuurlijke systemen en hulpbronnen die nodig zijn voor onze welvaart. Hallo, circulaire economie!

We denken bij ‘circulaire economie’ vaak aan recycling, maar het is veel meer dan dat.

De eenvoudigste manier om circulaire economie uit te leggen, is ze te vergelijken met het systeem dat we vandaag kennen: de lineaire economie. Dat systeem is gebaseerd op het ‘take - make - waste’-principe. We nemen nieuwe grondstoffen (zoals katoen), we maken er een kledingstuk mee (zoals een T-shirt), we verkopen het aan de consument, die het draagt en weer weggooit.

De circulaire economie gaat daar tegenin en focust op een lange levensduur van producten in de eerste plaats. De centrale vraag hier is: hoe kunnen we zo weinig mogelijk nieuwe grondstoffen gebruiken, ze zo efficiënt mogelijk inzetten en zo lang mogelijk in de loop houden? Hoe zorgen we ervoor dat we dus eigenlijk helemaal geen afval creëren?

Het verschil tussen een lineaire economie en een circulaire economie. Illustratie via Circular Flanders.

Vaarwel ‘geplande veroudering’, welkom ‘right to repair’

Even een stapje terug in de geschiedenis. In de jaren 20 ontstond het concept van ‘geplande veroudering’ (of ook planned obsolescence). Fabrikanten experimenteerden met manieren om de levensduur van producten te beperken en zo de vraag naar nieuwe producten te stimuleren.

Een van de eerste voorbeelden was een kartel van lampenfabrikanten dat in 1924 werd opgericht om afspraken te maken over de productie en verkoop van gloeilampen met een beperkte levensduur. Later werd die strategie ook toegepast op elektronica, huishoudapparatuur, auto’s, smartphones en ook kleding.

Je zal de twee vormen van geplande veroudering wel herkennen in de mode-industrie:
  • 1. Technische veroudering: een product wordt zo gemaakt dat het snel stuk gaat of versleten is (of ook: kleding van lage kwaliteit die na enkele keren wassen al scheurt, pluist of kleur verliest)
  • 2. Stilistische veroudering: een product wordt zo gemaakt dat we het snel willen vervangen omdat de stijl verouderd is (of ook: steeds nieuwe trends, steeds meer collecties en seizoenen, fast fashion en ultra fast fashion).

Hoewel dit concept al vele decennia bestaat, is er de laatste jaren steeds meer aandacht voor de negatieve gevolgen op het milieu en de samenleving. Er is dan ook een groeiende vraag naar duurzame en circulaire producten, die zijn ontworpen om lang mee te gaan en gemakkelijk te repareren en recyclen zijn.

Ook vanuit Europa klinkt de roep steeds sterker. Daar wordt gekeken naar een ‘right to repair’ - het recht dat we hebben als consument om kwalitatieve items te kopen die we kunnen repareren. Bovendien heeft de Unie met haar strategie voor duurzaam en circulair textiel een belangrijk doel voor ogen ten voordele van de circulaire economie: make fast fashion out of fashion’. Ze lanceerde daar zelfs een hele RESet the Trend campagne rond.

En hoe zit het dan met een circulair modesysteem?

Je kan het al raden, eenvoudig is het niet. Om een heel systeem te veranderen, is er een transitie nodig van het ene naar het andere systeem. Het is een complex gegeven maar vergt zonder twijfel inspanningen van verschillende actoren.

Modebedrijven moeten het huidige business model in vraag durven stellen. Dat kan bijvoorbeeld door verhuur- of deelsystemen op te zetten of kwalitatieve stuks te ontwerpen over de seizoenen heen (slow fashion). Daarnaast wordt er gekeken naar het sluiten van kringlopen: kan kleding ingezameld en hergebruikt worden? Hoe kan kleding zo gemaakt worden dat het lang kan meegaan en op het einde ook makkelijk gerecycled kan worden? En dat zonder schadelijke gevolgen voor mens en milieu?

Ook de consument heeft een rol te spelen want iets kan wel gemaakt zijn om lang mee te gaan, maar dan moeten shoppers er natuurlijk ook zorg voor dragen en mogen ze het niet te snel beu zijn. Tussen 2000 en 2014 verdubbelde de kledingproductie wereldwijd (MckKinsey). We kopen meer kleding dan ooit en gooien die ook alsmaar sneller weg. Dit probleem van overproductie en overconsumptie is niet houdbaar. Daarom is het belangrijk om bij elke aankoop goed na te denken of je het wel nodig hebt en lang genoeg zal dragen.

Een van de beste geheugensteuntjes zowel voor bedrijven als voor consumenten is de ‘R-hiërarchie’ die je kan leiden in het nemen van beslissingen.

De uitgebreide versie van de ‘R-hiërarchie’ toegepast op kleding. De basis: ‘reduce - reuse - recycle’ kan je dus ook wat breder interpreteren. Afbeelding door Jasmien Masjien.

En dan rijst natuurlijk de hamvraag: zijn alle wereldproblemen dan opgelost?

Een transitie van een heel systeem gaat niet over één nacht ijs. We voelen een systeem dat wankelt en zien steeds meer druk ook vanuit Europa en aankomende wetgeving geeft hoop.

De mode-industrie speelt echter in een globale en complexe keten met alle uitdagingen van dien. We exporteren en dumpen elk jaar een berg textiel in Afrika en Azië. Volgens EEA. verdriedubbelde de hoeveelheid gebruikt textiel dat we uit de EU exporteren in de voorbije 20 jaar.

Daarnaast zien we ook de laatste decennia een groot economisch succes bij grote (ultra) fast fashion spelers die het internet veroveren met kleding die aan dumpingprijzen, op ongeziene snelheden en in enorme hoeveelheden wordt verkocht. De meest kwetsbaren in de keten: de kledingarbeiders in het verre Oosten en lageloonlanden betalen hier nog steeds de prijs.

Een circulair systeem is complex maar denkbaar. Het kan een deel van de oplossing zijn, zolang we het internationale karakter, het sociale aspect en de focus op ‘degrowth’ (waarbij we streven naar een stabiel niveau van productie en consumptie in evenwicht met de grenzen van de planeet) niet uit het oog verliezen.

Wetenschapper aan het woord: Veerle Vermeyen, PhD candidate Circular Economy for clothing aan de KU Leuven

”In de vorige artikelen van deze serie werd reeds enkele keren aangehaald dat minder nieuwe kledij op de markt brengen één van de meest impactvolle acties is om tot een duurzaam modesysteem te komen. Meer doen met minder staat centraal binnen de circulaire economie. Dat kan door kledij die reeds in omloop is zo intensief mogelijk te gebruiken. Dan vermijden we immers dat er onnodig veel middelen gaan naar de productie van nieuwe kledij en de verwerking van afgedankte kledij. Laat je dus niet te snel verleiden door boodschappen van bedrijven die aanzetten tot meer consumptie onder het motto van ‘duurzame productie’.”

”Het voordeel van intensiever gebruik wordt misschien duidelijker door na te denken over de ‘impact per gebruik’: hoe vaker een kledingstuk gedragen wordt, hoe kleiner de relatieve impact van productie, transport en afvalverwerking worden in de totale levenscyclus van het kledingstuk. Bijvoorbeeld, de totale impact van de productie en afvalverwerking van vijftien T-shirts die elk tweemaal gedragen werden is veel groter dan de impact van één T-shirt dat dertigmaal gedragen werd. Intensiever gebruik kan aan de ene kant door een shift naar ‘slow fashion’, waarbij de consument bewust kiest voor kwaliteitsvolle en tijdloze kledij met de intentie deze voor lange tijd te dragen. Aan de andere kant is er nog steeds ruimte voor de nodige variatie in outfits door meer gebruik te maken van huurkledij of tweedehandskanalen, waarbij verschillende gebruikers samen zorgen dat een kledingstuk actief gedragen wordt.”

”Kledij zal echter altijd verouderen door gebruik en dus afgedankt worden, nieuwe kledij zal dus ook steeds nodig zijn. Hier is het belangrijk dat al tijdens de ontwerpfase nagedacht wordt over de gebruiks- en afdankingsfase, aangezien dit sterk zal bepalen in welke mate reparatie en recyclage mogelijk zijn. Zo is kleding-naar-kleding recyclage (een cyclus waarbij de materialen in afgedankte kledij als input dienen voor nieuwe kledij) momenteel praktisch onmogelijk door de complexe mix van materialen en chemicaliën die gebruikt worden. Europa wil hier de komende jaren werk van maken door met nieuwe regelgeving de huidige barrières voor kleding-naar-kleding recyclage te doorbreken en zo de cirkel te beginnen sluiten.”

Dit is een bijdrage van Jasmien Wynants, experte duurzame mode. Jasmien helpt de mode-industrie verduurzamen door middel van advies en begeleiding rond circulair en verantwoord ondernemen. Ze geeft ook workshops, trainingen, talks en meer rond het onderwerp.

Lees ook:
Duurzaamheid
duurzaamheid verduidelijkt
Jasmien Wynants