Regering bereikt akkoord over arbeidsdeal, Unizo is ‘teleurgesteld’

De Belgische regering kwam afgelopen nacht tot een akkoord over de arbeidsdeal. Het doel van deze deal is om tegen 2030 te zorgen voor een werkzaamheidsgraad van tachtig procent. Ondernemersorganisatie Unizo spreekt bij de uiteindelijke deal van een gemiste kans, zo is in een persbericht te lezen.

De arbeidsdeal heeft als doel om tegen 2030 een werkzaamheidsgraad van tachtig procent te realiseren. Daartoe wil de regering het mogelijk maken een vierdagenweek te gaan werken en bijvoorbeeld de ene week meer te werken en de andere week minder. Elke werknemer moet recht krijgen om offline te zijn en om gebruik te maken van vijf dagen opleiding per jaar. Met de arbeidsdeal wordt het onder meer ook mogelijk voor Belgische e-commercebedrijven om werknemers flexibel of in avonduren in te zetten. Deeltijdwerknemers moeten een variabel werkrooster wel vroeger doorgeven dan voorheen: zeven dagen van tevoren, in plaats van vijf.

Unizo kritisch op arbeidsdeal

Volgens Danny Van Assche, gedelegeerd bestuurder bij Unizo, zijn de maatregelen ‘onvoldoende om de tewerkstellingsdoelstellingen te halen’, zo stelt hij in het persbericht. De organisatie is tevreden met de uitwerking rond de vierdaagse werkweek, maar ziet ook meerdere problemen. Zo noemt Van Assche het opleidingsrecht ‘praktisch onhaalbaar’ vanwege de hoge kostenpost in de totale loonmassa. “We zijn het ermee eens dat verdere stappen moeten gezet worden in een beleid van levenslang leren, maar dit is iets dat tussen werkgevers en werknemers tot stand moet komen.”

Ook spreekt Van Assche kritisch over de verlening van de termijn voor het meedelen van een variabel werkrooster. “De korte mededelingstermijn dient net om het flexibel werkvolume goed te kunnen opvangen. In de huidige context waar ondernemingen flexibiliteit heel belangrijk vinden, is de verlening van de aankondigingstermijn een doorn in het oog.”

Tot slot vindt Unizo dat er in de deal te weinig gesproken wordt over een asymmetrisch arbeidsmarktbeleid in de drie gewesten Brussel, Vlaanderen en Wallonië. De organisatie zegt een voorstander te zijn van dergelijk beleid. Van Assche: “We missen hier de kans om de arbeidsmarkt écht de 21ste eeuw in te leiden.”