Bezoek aan beurs LingeriePro: Hoe duurzaam is de lingeriesector?
bezig met laden...
We kunnen er niet meer onderuit in de mode-industrie: wie niet duurzaam is, is gezien. Hetzelfde geldt natuurlijk voor lingerie, maar hoe vlot de verduurzaming in een sector die zo verknocht is aan niet-hernieuwbare en (tot nog toe) amper recycleerbare stoffen als elastaan? Een bezoek aan de beurs LingeriePro in Kortrijk brengt duidelijkheid.
I have enough lingerie, said no one ever. Het is een catchy slogan om klanten te begroeten in de Kortrijkse Xpohal, maar de definitie van duurzaam is een oproep om alsmaar meer te kopen alvast niet.
Binnen op de lingeriebeurs LingeriePro is er op het eerste zicht geen enkele verwijzing naar duurzaamheid. Standhouders krabben zich in het haar als er vragen over gesteld worden. Vaak is de juiste collega, een duurzaamheidsmanager, juist niet aanwezig, en verkopers willen niks vergeten of verkeerd zeggen. Een salesverantwoordelijke geeft zijn kaartje, want op een beurs is er geen tijd of ruimte voor duurzaamheid. Een andere verkoper benadrukt dat hij het vooral niet ‘van de daken wil schreeuwen, voor het geval hij iets verkeerd zegt’: wie duurzame claims maakt, moet ze ook hard kunnen maken.
En toch is er wat op til in de wereld van de luxelingeriemerken. Sommige standhouders noemen duurzaamheid ‘een trend’, maar dan wel eentje ‘die niet zomaar voorbij zal gaan’. Anderen stellen zich verlegen op of prevelen snel iets over verpakkingen, om dan te kennen te geven dat ze beha’s makkelijk kunnen herstellen als de sluiting stuk zou zijn. ‘Daar hebben we accessoires voor’, vertelt Joanna Baer van het Poolse merk Julimex. ‘De kwaliteit van onze lingerie is zo hoog dat het niet de bedoeling is om een nieuwe beha te kopen als enkel de sluiting stuk is. En ook als de stof toch wat gestretcht zou zijn, kunnen we dat vervangen. Van de kleur en de fitting van onze beha’s zijn we ervan overtuigd dat die jarenlang meegaat, dus waarom zou je het dan vroegtijdig weggooien?’
Gerecycleerde stoffen winnen aan belang
‘Deze stof is honderd procent ecologisch!’ Ann Willen, commercieel verantwoordelijke bij Lise Charmel, is zichtbaar trots als ze haar nieuwe collectie voorstelt. Met ‘ecologisch’ bedoelt ze dat de stof volledig uit gerecycleerd garen bestaat. Sommige andere modellen bestaan voor 80 procent uit gerecycleerde stoffen. En als Willen in de toekomst zou kunnen kijken, is ze er zeker van dat deze ‘trend’ zich verder doorzet.
‘Al gaat dat niet van vandaag op morgen’, geeft Willen meteen toe. De kwaliteit moet ook goedzitten. Daarom bestelt Lise Charmel steeds testen om bij nieuwe materialen de proef op de som te nemen. Bij badmode ligt het nog lastiger dan bij lingerie, stelt Willen. ‘We hebben een ontwerp van een badpak moeten afkeuren omdat het finaal resultaat te dof was. Dat kan niet bij een luxemerk zoals Lise Charmel, we moeten dezelfde uitstraling blijven behouden. Bij lingerie is er gelukkig minder een probleem, daar zijn we wel heel tevreden van.’
Salesmedewerker Deborah Sonneville bevestigt dat ook het merk Aubade gerecycleerde materialen hoog in het vaandel draagt. Ze toont een beha met gerecycleerde broderie. ‘Voor een B-cup zouden we normaal niet zo’n brede band nemen, maar bij dit soort broderie zetten we de stof volledig in in de plaats van hem toch nog te versnijden.’
Marlies Dekkers-medewerker Daniëlle van Wensveen haalt er de cijfers op de website bij. Veertig procent van alles wat het merk produceert bestaat intussen uit gerecycleerd garen. ‘Bepaalde stoffen hebben geen naad nodig’, toont ze een beha zonder beugel. ‘Dat wil zeggen dat we maar één soort stof nodig hebben om de beha te maken in plaats van nog naden te moeten stikken met nylon.’
Natuurlijke stoffen vullen synthetische aan
Edwin van den Bergh vertelt dat de nylondraad van Warcoal uit gerecycleerde PET-flessen bestaat. Het bedrijf maakt hiervoor gebruik van Regen® by Hyosung. Andere stoffen die Warcoal voorziet voor 2023 zijn Creora, een stof die badmode resistenter maakt voor chloor in zwembaden, Q-Nova® by Fulgar®, polyester gemaakt van preconsumententextiel, en Tencel™ Modal Micro Air, de bekende lyocellvezel die fabrikant Lenzing maakt op basis van houtpulp.
Natuurlijke stoffen lijken ook steeds meer in trek op de beurs. De meeste standhouders verwijzen hiervoor naar lyocell en modaal, al zijn dat technisch gezien kunstmatige vezels op basis van een natuurlijk polymeer zoals houtpulp. Ann Willen van Lise Charmel toont ook de zijde in haar collectie. Het recent opgerichte Pugzz gebruikt dan weer 100 procent katoen aan de binnenkant van de slipjes, voor een optimaal draagcomfort. Patrick Despiegelaere, werkzaam bij de merken LiuJo en Empreinte, stelt echter dat katoen ook een zware voetafdruk heeft. Daarom gebruikt LiuJo viscose in de plaats van katoen, wat opnieuw een kunstmatige vezel is op basis van houtpulp.
Joeri Van de Velde van Sloggi en Triumph wijst ook op stoffen als katoen en modaal. Meteen aan het begin van het vragenrondje toont zijn team echter een kledingstuk dat grotendeels uit de synthetische stof polyamide bestaat, maar wel “geïnfuseerd” is met aloë vera, wat het volgens hen weer natuurlijk maakt. Dat zou de drager doorheen de dag een goed gevoel moeten geven. Het kledingstuk is daarnaast Oeko-tex-gecertificeerd, wat wil zeggen dat er geen schadelijke stoffen inzitten. Verder trekken ook Sloggi en Triumph de kaart van gerecycleerde materialen: Van de Velde wijst op het GRS-label (Global Recycled Standard, red.) dat in zo goed als de hele collectie terugkomt.
Elastaan, de achilleshiel van de lingeriesector
Rest nog de vraag: wat met elastaan? Die stof staat bekend om zijn stretch en is eigen aan de lingerie-industrie. Alleen is er een groot probleem: elastaan is notoir moeilijk om te recycleren, bevestigt onderzoek van chemici aan het European Centre for Innovative Textiles' (CETI) in Lille.
Ann Willen van Lise Charmel stelt dat elastaan nog volop in de ontwikkelingsfase zit, maar kijkt hoopvol naar de toekomst. Patrick Despiegelaere noemt de stof ‘niet bepaald milieuvriendelijk’ en stelt dat Empreinte het enige merk ter wereld is dat geen elastaan in de cups gebruikt. Dat hebben ze gekozen omwille van het comfort. ‘Dat het dan ook ecologisch is, is mooi meegenomen, maar dat was niet de oorspronkelijke reden.’
Wat Despiegelaere wel positief vindt, is dat elastaan steeds slechts in beperkte mate voorkomt in kleding: het percentage van de stof is miniem ten opzichte van de andere stoffen in de blends. Maar juist dat maakt het moeilijker te recycleren, meent CETI.
Voor Christine Servaes van Conturelle is het echter ondenkbaar om lingerie zonder elastaan te produceren. Zij demonstreert dat door een slipje uit te rekken: zo goed als elke maat kan daar zonder problemen in. ‘De fitting is het allerbelangrijkste in lingerie’, benadrukt ze. ‘Zonder elastaan gaan we terug naar de tijd van mijn grootmoeder. Dat willen we toch niet?’