Een UPV Textiel in België: Dit is de stand van zaken
bezig met laden...
Op 1 juli moet Nederland geloven aan de nieuwe wetgeving die textielproducenten en -importeurs verantwoordelijk maakt voor het textiel dat zij op de markt brengen: de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid voor textiel (UPV Textiel). Daarmee volgt Nederland, Frankrijk op. Hoe zit het in België?
In februari 2022 werd de eerste fase naar het toewerken van een UPV Textiel in België ingezet. De Belgische modefederatie Creamoda, de Federatie van de Belgische Textielverzorging (FBT) en beroepsfederatie van fabrikanten, distributeurs en dienstverleners Febelsafe presenteerden een nieuw project: Circletex vzw - een producentenorganisatie die het als collectief makkelijker maakt om straks aan de UPV-verplichtingen te voldoen.
Circletex dient (nu nog) als vrijwillige UPV, vertelt Jo van Landeghem, Quality, Safety and Sustainability Officer bij Creamoda en mede-oprichter van Circletex, aan FashionUnited. Hij begon acht jaar geleden met het bedenken van een strategie om de UPV-verplichtingen aan te pakken. Zo werd Circletex geboren. Oorspronkelijk focuste de non-profitorganisatie zich op professioneel textiel (bijvoorbeeld een outfit die een receptioniste draagt, een uniform van een brandweer of een uniform van een winkelmedewerker), maar die koers is nu gewijzigd: de organisatie stelt zich open voor alle textielproducten die zowel thuis als door professionele gebruikers worden gebruikt - van tafelkleden tot zonwering en van sokken tot sportkleding en beddengoed. Onlangs sloot de Belgische moderetailer JBC zich aan bij Circletex als eerste grote retailer. Het betekent dat JBC in de toekomst een bijdrage gaat betalen aan Circletex om ervoor te zorgen dat producten met textiel uit de JBC-collectie worden ingezameld, gesorteerd en gerecycleerd voor hergebruik en/of tot nieuwe vezels. Dit allemaal in voorbereiding op de komst van een nieuwe wetgeving: een Belgische UPV Textiel.
De non-profitorganisatie bereidt de komende Belgische UPV Textiel dan ook voor. De wetgeving is nog niet afgerond en dat kan zelfs nog even duren. Dat heeft te maken met de vier regeringen die ieder zijn eigen gedachten over de UPV Textiel heeft. “We hebben kunnen bekomen dat er een DRAFT ISA-akkoord komt - dit betekent dat Brussel, Vlaanderen en Wallonië beloven samen te werken aan een eengemaakte UPV”, vertelt Van Landeghem. Wanneer de wetgeving er precies komt? Dat blijft nog de vraag. Volgens de mede-oprichter van Circletex ligt het eraan welke sector voorrang krijgt van de overheid. “Ik verwacht dat het nog wel eens twee jaar kan duren.”
België gelooft in een ‘UPV 2.0’
Van Landeghem schetst wel alvast een beeld hoe de UPV Textiel eruit gaat zien. Zo vertelt hij dat de sector in België gelooft in een ‘UPV 2.0’ die een iets andere invulling krijgt dan de Nederlandse UPV Textiel bijvoorbeeld. In Nederland draait het erom dat de afvalstromen voor kleding-, bed-, bad- en keukentextiel worden beheerd. Formeel gezien zijn producenten/importeurs zelf verantwoordelijk voor het naleven van de nieuwe regels, maar de uitvoering mag gezamenlijk. Zo kunnen zij kiezen om zelf een afvalsysteem te organiseren, maar kunnen zij zich ook aansluiten bij het collectief: Stichting UPV Textiel. Producenten/importeurs die zich bij het collectief melden, leveren een bijdrage waardoor men voor de UPV-uitvoering gebruik mag maken van de bestaande infrastructuur van gemeenten. Daaronder vallen de textielbakken op straat die door inzamelaars worden geleegd en gesorteerd voor hergebruik en recycling. Met andere woorden, de UPV’s voor elektrische apparaten, batterijen en verpakkingen hebben flink wat weg van de Nederlandse UPV Textiel, oftewel de ‘UPV 1.0’, zoals Van Landeghem het noemt.
De ‘UPV 2.0’ is net iets anders, vertelt de mede-oprichter. Deze UPV Textiel maakt mensen verantwoordelijk die het product kochten of gemaakt hebben en op de markt hebben geplaatst. Met andere woorden worden de eigenaren van het product verantwoordelijk voor cradle-to-grave. “Zij beslissen zelf door wie zij het laten verwerken om het te repareren, hergebruiken of recyclen”, aldus Van Landeghem. “Overheidsdiensten die werkkleding aanschaffen, hebben bijvoorbeeld de neiging om te zeggen: de fabrikant, leverancier, importeur of verdeler moet het probleem oplossen. Wij vinden dat, in dit geval, de overheidsdiensten hun verantwoordelijkheid moeten nemen in de volgende levensfase van een product.”
UPV Textiel België uitgebreider dan UPV Textiel Nederland
Bovendien is het aantal textielproducten in de ‘UPV 2.0’ uitgebreider en kent diverse categorieën: plat linnen, modekleding, workwear, interne interieurbekleding, buitentextiel en persoonlijke beschermingsmiddelen die met textiel zijn gemaakt. Dat betekent ook dat bedrijven die textiel verhuren tevens met de nieuwe wetgeving te maken krijgen. Daarnaast betrekt de ‘UPV 2.0’ er ook alle details van de textielproducten bij, zoals lederen labels, metalen gespen en knopen. “In de Nederlandse UPV tellen deze onderdelen niet mee. Bij onze UPV worden deze er wél bij betrokken, omdat dit ook waardevolle resources zijn.”
Een inspanning die overeenkomsten kent met de Nederlandse UPV, is de producentenorganisatie. Circletex verbindt verantwoordelijken en bundelt hun krachten om ervoor te zorgen dat de organisatie van een landelijk inzamelings- en verwerkingssysteem zo efficiënt, effectief en betaalbaar mogelijk blijft door de lasten collectief te delen, aldus Van Landeghem. Bovendien wordt er jaarlijks collectief verslag gedaan aan de bevoegde overheden.
Uiteindelijk draait het om het inzamelen, sorteren, hergebruiken en recyclen van textielproducten die producenten voor het eerst op de Belgische markt brengen. Daarvoor moet een valorisatiesysteem georganiseerd en gefinancierd worden. Daarnaast moet men monitoren hoeveel textiel wordt afgezet op de Belgische markt en hoeveel textielafval wordt ingezameld. Het monitoren stelt tenslotte vast of er wordt voldaan aan de doelstellingen van de overheden.