Prijsstrategie van Inditex onthuld

Wat een klant wil betalen voor een mode-item bij Zara, dat is ook medebepalend voor de prijs die uiteindelijk op het prijskaartje belandt. Dat blijkt uit een onderzoek naar de prijzen van moederbedrijf Inditex. Naast de omstandigheden op de lokale markt, is ook de welwillendheid van de lokale consument op basis van het inkomen doorslaggevend voor de uiteindelijke prijs.

De Amerikaanse bank Morgan Stanley analyseerde met behulp van onderzoeksbureau AlphaWise 7.000 producten in 14 verschillende webwinkels van Zara. Afgaand op de Spaanse prijs, die als 100 procent wordt aangeduid, blijkt dat prijzen zo’n 22 tot 24 procent hoger zijn in Frankrijk, Italië en Duitsland. In Mexico en het Verenigd Koninkrijk zijn de prijzen zelfs met 50 procent gestegen.

De markt met de hoogste prijzen was Korea, daar wordt maar liefst 96 procent meer betaald voor een item dan in Spanje (rekening houdend met de wisselkoers). Daarna volgen de Verenigde Staten (92 procent) en China (78 procent) op de tweede en derde plaats.

Gezien de grote percentageverschillen is het ook niet gek dat Azië in 2014 goed was voor 21,1 procent van de totale omzet, tegenover 20,4 procent in het jaar daarvoor. De Spaanse markt liep terug van 19,7 procent naar 19 procent in het afgelopen jaar, en de rest van Europa genereert na genoeg hetzelfde met 45,9 procent tegenover 46 procent in 2013. Zuid-Amerika is goed voor 7,9 procent van de totale omzet.

Uit het onderzoek concludeert de bank dat de prijsstrategie bepaalt wordt aan de hand van de lokale markt, maar ook door de bereidheid van consumenten om te betalen op basis van hun inkomen.

In maart maakte de Inditex Group bekend 2,5 miljard euro winst te hebben geboekt in het fiscale jaar 2015. De eigenaar Amancio Ortea is nu de op een na rijkste man ter wereld met een vermogen van 64,3 miljard euro.