Camaïeu International wordt ervan beschuldigd aan te sturen op faillissement van de Belgische dochteronderneming

Over tien dagen zal de handelsrechtbank van Lille Métropole moeten kiezen tussen twee kandidaten voor de overname van het Franse onderdeel van Camaïeu. Vandaag zegt het Belgische vakbondscentrum over bewijs te beschikken dat Camaïeu het faillissement van zijn Franstalige dochterondernemingen, waaronder de Belgische tak, zou organiseren via de repatriëring van hun beschikbare middelen naar het moederbedrijf (met 632 winkels) in Frankrijk. Dat is de beschuldiging die vandaag werd geuit in het dagblad La Libre Belgique. Het Belgische deel van Camaïeu heeft 120 mensen in dienst. De vakbond stuurde deze vrijdag een brief met de beschuldiging naar de Rechtbank van Koophandel, en baseert zich op e-mailcorrespondentie van het management van Camaïeu International.

Een faillissement van de Belgische tak van Camaïeu zou betekenen dat de werkgever geen ontslagvergoeding hoeft te betalen aan zijn werknemers. Hun salarissen zouden dan worden gedekt door het ‘Fond de fermeture des entreprises’, oftewel de staat. De Belgische vakbond verzoekt "zo spoedig mogelijk een wettelijke vertegenwoordiger aan te stellen (...) om zo snel mogelijk onderzoeken uit te kunnen voeren naar het reilen en zeilen bij Camaïeu".

Op 17 augustus kiest de handelsrechtbank tussen twee kandidaten voor de overname van de Franse tak van Camaïeu: enerzijds Joannes Soënen, de huidige president gesteund door verschillende investeerders, die zegt meer dan 2.500 banen over te nemen van de 3.900 medewerkers van de groep. Anderzijds de FIB (Financière Immobilière Bordelaise), voorgezeten door Michel Ohayon. Het is nog niet duidelijk wat zal gebeuren met de dochterondernemingen na die datum of met de Belgische tak met 28 winkels.

Dit artikel is eerder verschenen op FashionUnited.FR, vervolgens vertaald en bewerkt door Ilona Fonteijn.

Beeld: Camaïeu via Facebook