• Home
  • Nieuws
  • Business
  • 4 vragen aan Belgisch ledermerk 29thOctober

4 vragen aan Belgisch ledermerk 29thOctober

Door Julia Garel

bezig met laden...

Scroll down to read more

Business |Interview

Beeld via 29thOctober: boetiek in Brussel

Het Belgische lederwarenmerk 29thOctober opende op 13 mei zijn eerste winkel in Brussel. Na een moeilijke periode tijdens de pandemie, heeft het familiebedrijf tussen 2020 en 2021 een organische groei van 32 procent meegemaakt en is het van plan dit zo voort te zetten. FashionUnited sprak met Lucie Gulcu, de kleindochter van de oprichter, die verantwoordelijk is voor ontwerp en marketing.

Wat onderscheidt het merk 29thOctober op de ledermarkt?

“Wat ons onderscheidt is ons bedrijfsmodel. Wij blijven op een traditionele manier werken en ik kan garanderen dat wij het laatste atelier in België zijn dat nog op een traditionele manier met leer werkt. We hebben een kleine werkplaats in het centrum van de stad en we doen alles nog met de hand. Wij zijn echt ambachtelijk bezig, het is een know-how die in de afgelopen dertig jaar is opgebouwd en ik denk dat deze know-how in onze werkplaatsen een hoogtepunt heeft bereikt. Het is ook de kennis van het materiaal, van de wollen huiden, waar het grootste deel van onze collecties uit bestaan, die het verschil maakt. En de know-how die wij in onze ateliers hebben, is nu gewild bij andere merken, zowel voor textiel als voor leer en wol.”

Beeld via 29thOctober: boetiek in Brussel

U opende uw eerste boetiek op 13 mei. Waarom nu?

“Wij bestaan al meer dan dertig jaar en in die tijd werkten wij op een vrij traditionele manier: wij ontwikkelden onze collecties en verkochten die dan aan boetieks in Frankrijk, België en Luxemburg, maar het openen van een eigen boetiek lag nooit voor de hand. Toen realiseerden wij ons, met de economische crisis en de ledercrisis, dat wij in het licht van de veranderende consumptiepatronen en covid een kanaal nodig hadden om in direct contact met de consument te staan. En ook om ons honderd procent te kunnen uitdrukken, want als we onze collecties aan andere winkels verkopen, kiezen ze maar een paar stukken.”

“We wilden ons hele universum blootstellen aan de eindconsument en we wilden ook ons verhaal vertellen, dit verhaal van familie en werkplaats. De tijd was hier rijp voor na de coronatijd, die voor ons een uitdaging was omdat onze activiteiten bijna volledig stil vielen. Onze ateliers waren lange tijd gesloten en wij maakten als gezin mondmaskers om in die tijd te kunnen blijven werken. We moesten onszelf dus opnieuw uitvinden en in 2020 deed zich een kans voor: we openden een hoek in een pop-up store in de Grote Zavel in Brussel, een wijk van antiquairs en ambachtslieden. En het duurde twee jaar. We dachten dat we er maar een paar maanden zouden zijn, maar het ging heel goed, ons product werd zeer goed ontvangen door de klantenkring, zowel de plaatselijke bevolking als de toeristen. Toen vonden wij dat het tijd werd dat wij, als merk en als etablissement, ons eigen verkooppunt kregen in de stad waar wij geboren zijn. Toen hebben we besloten om in Brussel te openen en in het bijzonder in de Zavel, omdat we van de buurt houden, maar vooral omdat het de Belgische knowhow en het Belgische vakmanschap vertegenwoordigt; het vertegenwoordigt onze merkidentiteit.”

Heeft u retailprojecten voor de Franse markt?

“Voorlopig nog niet. Er was een tijd dat we erg aanwezig waren in Frankrijk. In het begin van de jaren 2000 hadden wij meer dan honderd of zelfs tweehonderd klanten in Frankrijk, maar dat was omdat wij agenten hadden en het was vóór de financiële en ledercrisis. Daarna stopten onze activiteiten in Frankrijk bijna volledig. En nadat we onszelf opnieuw hadden uitgevonden via de pop-up store, ontmoetten we een klant in de regio Ile-de-France, die slechts een paar stukken uit onze mannencollecties verkoopt. Wij werken ook samen met een andere boetiek, maar niet elk seizoen: deze komt soms een paar tijdloze stukken bij ons halen, zoals perfecto jasjes. Maar het is duidelijk dat de ontwikkeling op de Franse markt een doelstelling op middellange termijn is.”

Het thema traceerbaarheid is vandaag de dag van cruciaal belang in de mode en met name voor de ledersector. Hoe zit het met 29thOctober?

“We hebben in 2016 besloten om niet meer met bont te werken. Wij werken uitsluitend met leer en wollen huiden, die afkomstig zijn uit de voedingssector. Het is eigenlijk een soort recycling, we nemen de huiden terug van dieren die gedood zijn voor hun vlees. Wij werken alleen met gecertificeerde Europese looierijen: over het algemeen uit Portugal, Spanje en Italië, soms uit Frankrijk, maar dat is iets zeldzamer.”

Dit artikel is eerder verschenen op FashionUnited.FR. Vertaling en bewerking van het Frans naar het Nederlands: Eugenia Melissen Ferrer.

29thOctober